Omar Chajjam

Omar Chajjam. J.H. Kramers.
In: Analecta Orientalia. Leiden, Brill, 1954, p. 306-360.

Kramers behandelt de culturele en literaire achtergrond waaruit de kwatrijnen van Chajjam tot ons zijn gekomen, en probeert in verband daarmede te bepalen in hoeverre van dit Oosterse erfdeel gezegd kan worden dat het ons letterkundig bezit verrijkt heeft.

Het Perzische kwatrijn

Het Perzische kwatrijn. J.D.Ph. Warners.
In: Het Nederlandse kwatrijn. J.D.Ph. Warners. Amsterdam, Meulenhoff, 1947. p. 98-170

 

Omar Khayam

Omar Khayam. R. van Brakel Buys.
In: Gestalten uit de Perzische mystiek. R. van Brakel Buys. Deventer, Kluwer, 1938. p. 71-87.

Zes opstellen die een of meer belangrijke figuren, dichters en wijsgeren uit de Perzische mystiek presenteren. Achtereenvolgens: Het sufisme, de religie der schoonheid; Jalalu’dd in Rumi; Hafiz; Omar Khayam; Djami; Een prinses uit het huis van Timur (Zeb-un-Nissa)

Sufiïsme

Sufiïsme. J. Boisson de la Rivière.
In: De geheime leer der godsdiensten en wijsgeerige stelsels van Indië. Amsterdam, Vereeniging voor psychisch onderzoek, ca. 1909. p. 202-236.

Het werk behelst een aantal lessen waarvan de achtste les het ‘Sufiïsme’ behandelt (p. 202-236). Daarin komt Omar Khayyam uitgebreid ter sprake in de context van de “Mystieken, die schuilen onder den vleugel van den Mohammedaanschen godsdienst, waaraan zij tijdelijke gehoorzaamheid schuldig zijn, maar waaronder zij als ‘vreemden’ staan.”

Omar Chajjâm en zijn invloed op de letterkunde

Omar Chajjâm en zijn invloed op de letterkunde. J.H. Kramers
In: Handelingen en levensberichten van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, 1942-1943. Leiden, Brill, 1944.

Verslag van de lezing van dr. J.H. Kramers in de vergadering van 9 Januari 1943

Scherf onder aarden scherven : Jesaja 45: 9-10

Scherf onder aarden scherven : Jesaja 45: 9-10. N. Matsier.
In: Een verbeelde God. Red. J. Goud. Zoetermeer : Meinema, 2001, p. 37-43
ISBN 90-211-3846-8

Eerder verschenen als onderdeel van twee lezingencycli, in Trouw van 23 mei 1998, al dan niet in verkorte vorm.

Op hun gevleugelde gedachten

Op hun gevleugelde gedachten. Over P.C. Boutens en de Rubaiyat van Omar Khayyam. Rianne Batenburg. Utrecht, Rijksuniversiteit Utrecht, Faculteit Letteren, 2004.
Afstudeerscriptie

J.H. Leopold en Omar Khayyam

J.H. Leopold en Omar Khayyam. Gerard Burger. Nijmegen, Katholieke Universiteit, 1990.
Doctoraalscriptie Nederlandse taal- en letterkunde, Katholieke Universiteit Nijmegen, juni 1990.

De Perzische muze in de polder

De Perzische muze in de polder. De receptie van de Perzische poëzie in de Nederlandse literatuur. Redactie Marco Goud en Asghar Seyed-Gohrab. Amsterdam, Rozenberg Publishers, 2006. Met lit. opg. 199 p. ISBN 90-5170-696-0.
Verslag van het gelijknamige symposium dat op 27 mei 2005 werd gehouden in Leiden.

Abstract
Het boek is een poging om de receptie van de Perzische literatuur in Nederland in kaart te brengen. Het brengt verslag uit van het symposium De Perzische muze in de polder. De aandacht is vooral gericht op de twintigste-eeuwse ederlandse receptie van de klassieke Perzische poëzie.
Inhoud

– De Perzische muze in de polder. J.T.P. de Bruijn
– Wie was ‘Hocéÿne-Âzad’? J.T.P. de Bruijn
– De Perzische kwatrijnen van Jan Spierdijk. Gabrielle van den Berg
– Honger naar kwatrijnen. Marco Goud
– Bittere zekerheid. Dick van Halsema
– “Gelukkige oriëntalist, die dit alles verstaat”. Pierre Kemps gedicht ‘Oosters’ (1954) en zijn Perzische suite (1959) voor E.F. Tijdens. Wiel Kusters
– Omaritis in de polder. Jos Biegstraaten
– Tabel 1: Vertalingen naar ‘La Roseraie du Savoir’ door J.H. Leopold, P.C. Boutens en L.Th. Lehmann
– Tabel 2: P.C. Boutens’ ‘Oud-Perzische kwatrijnen’ en ‘La Roseraie du Savoir’.

Rubáiyát van Omar Khayyám

Rubáiyát van Omar Khayyám. Harm-Jan van Dam
In: Filter, jrg. 4 (1997) nr. 4, p. 61–63

Bespreking van de vertaling van Wout Blok, Baarn 1997