The case of Umar-i Khayyám

The case of Umar-i Khayyám
In: J.T.P. de Bruijn (1997) Persian Sufi poetry. An introduction to the mystical use of classical Persian poems. – Richmond: Curzon (Curzon Sufi series). Pp. 9-13

Na een kort historisch overzicht m.b.t. Khayyam als verondersteld dichter van de rubaiyat, komt de vraag aan de orde of Khayyam’s rubaiyat een mystieke betekenis hebben.

Op zoek naar Omar’s stem

Op zoek naar Omar’s stem. E.F. Tijdens
In: De Nieuwe Stem, jrg. 12 (1957), nr. 3, p. 143-151

Naar aanleiding van de vertaling van J.A. Vooren (Amsterdam, 1955) bespreekt Tijdens het interpretatie-vraagstuk inzake het mystieke karakter van de rubáiyát.

Omar Khayam

Omar Khayam. R. van Brakel Buys.
In: Gestalten uit de Perzische mystiek. R. van Brakel Buys. Deventer, Kluwer, 1938. p. 71-87.

Zes opstellen die een of meer belangrijke figuren, dichters en wijsgeren uit de Perzische mystiek presenteren. Achtereenvolgens: Het sufisme, de religie der schoonheid; Jalalu’dd in Rumi; Hafiz; Omar Khayam; Djami; Een prinses uit het huis van Timur (Zeb-un-Nissa)

Sufiïsme

Sufiïsme. J. Boisson de la Rivière.
In: De geheime leer der godsdiensten en wijsgeerige stelsels van Indië. Amsterdam, Vereeniging voor psychisch onderzoek, ca. 1909. p. 202-236.

Het werk behelst een aantal lessen waarvan de achtste les het ‘Sufiïsme’ behandelt (p. 202-236). Daarin komt Omar Khayyam uitgebreid ter sprake in de context van de “Mystieken, die schuilen onder den vleugel van den Mohammedaanschen godsdienst, waaraan zij tijdelijke gehoorzaamheid schuldig zijn, maar waaronder zij als ‘vreemden’ staan.”