„De nachtegaal zingt in het donkre woud,
Zijn eeuwige twee tonen: Ik en gij;
O luister goed, opdat gij ’t wel onthoudt,
Want ach, te ras is ’t Lentelied voorbij!”
In: God’s uitverkorene. Een eenvoudige liefdes-historie. M. Corelli. [Vert. door Ipsie]. Den Haag, 1905.
Een bundel verzen onder dit prieel,
Een stuksken brood, een kanne wijns,
En gij, geliefde naast mij …
Fragment uit een boek Lennie’s schoolleven. Een vertelling uit het leven van een Australisch meisje door Louise Mack. (Baarn, Hollandia, 1905. Vertaald door Mw. Beelaerts van Blokland)